Vocabulum Online Vocabulary Trainer


Wordlists: kap1 blz 28 A-B-C

Duits - Nederlands

Naam: kap1 blz 28 A-B-C

Description:

Created on: monday 21 april 2008

Category: Neue Kontakte 3 bkgt

 

Primary language: Duits

Secondary language: Nederlands

 

Downloads: 81

Tests: 6

 

AddThis Social Bookmark Button
Duits Remark (Duits) Nederlands Remark (Nederlands)
1 die Reise de reis
2 der Vorname de voornaam
3 die Straße (die Straßen) de straat (2X)
4 der Ort de (woon-)plaats
5 die E-Mail-Adresse het e-mailadres
6 Deutsch Duits
7 Niederländisch Nederlands
8 keine geen
9 alt – älter oud - ouder
10 jung – jünger jong - jonger
11 groß – größer groot - groter
12 der Bruder (die Brüder) de broer (2X)
13 tschüs doei!
14 die Menschen (synoniem) die Leute (synoniem)
15 tschüs (synoniem) Auf Wiedersehen! (synoniem)
16 der Bruder (die Brüder) (tegenovergestelde) die Schwester (die Schwestern) (tegenovergestelde)
17 Wie heißen Sie? Hoe heet u?
18 kommen – gekommen komen - gekomen
19 Woher kommst du? Waar kom jij vandaan?
20 aus Holland uit Holland
21 Wo wohnt er? Waar woont hij?
22 in der Schweiz in Zwitserland
23 in Österreich in Oostenrijk
24 Wer ist das? Wie is dat?
25 Ich bin 15 Jahre alt. Ik ben 15.
26 Wie viel Geschwister hast du? Hoeveel broer(s) en/of zus(sen) heb jij?
27 Welche Nummer hat sie? Welk nummer heeft zij?
28 das Handy (die Handys) het mobieltje (2X)
29 warum waarom
30 warten – gewartet wachten - gewacht
31 null. eins, zwei, drei, vier 0, 1, 2, 3, 4
32 fünf, sechs, sieben, acht 5, 6, 7, 8
33 neun, zehn, elf, zwölf 9, 10, 11, 12
Vocabulum Online Vocabulary Trainer help

Help for this page:

Lijsten kopieëren en overnemen

Copyright © 2006 - 2015 Vereyon  |  Twitter  |  Hoogste spaarrente  |  Rente vergelijken