Vocabulum Online Vocabulary Trainer


Wordlists: deel 6. inkopen doen, gebruiksartikelen 51 t/m 100

Nederlands - Duits

Naam: deel 6. inkopen doen, gebruiksartikelen 51 t/m 100

Description:

Created on: monday 21 april 2008

Category: Basiswoordenschat

 

Primary language: Nederlands

Secondary language: Duits

 

Downloads: 142

Tests: 7

 

AddThis Social Bookmark Button
Nederlands Remark (Nederlands) Duits Remark (Duits)
1 de portemonnaie die Brieftasche / das Portemonnaie
2 het horloge die Uhr
3 sieraden Schmuck
4 de maat die Größe
5 katoen Baumwolle
6 wol Wolle
7 passen anprobieren
8 aantrekken - uittrekken anziehen - ausziehen
9 zich omkleden sich umziehen
10 mooi schön
11 knap hübsch
12 lelijk hässlich
13 sigaretten Zigaretten
14 Heb je een vuurtje? Hast du Feuer?
15 asbak Aschenbecher
16 servies Geschirr
17 het servet die Serviette
18 het bord der Teller
19 het glas das Glas
20 de beker der Becher
21 de vork die Gabel
22 het mes das Messer
23 de lepel der Löffel
24 de pan der Topf
25 de koekenpan die Pfanne
26 de schotel die Schüssel
27 de emmer der Eimer
28 gereedschap Werkzeug
29 de schroef die Schraube
30 het stopcontact die Steckdose
31 de stekker der Stecker
32 de lamp die Lampe
33 de batterij die Batterie
34 de bril die Brille
35 de camera die Kamera
36 het fotorolletje der Film
37 de CD die CD
38 het tijdschrift die Zeitschrift
39 de krant die Zeitung
40 het boek das Buch (die Bücher)
41 de poster das Poster
42 de pen der Kugelschreiber
43 het potlood der Bleistift
44 een blaadje ein Blatt Papier
45 een notitieblok ein Notizblock
46 postzegels Briefmarken
47 een kaart sturen eine Karte schicken
48 een cadeau ein Geschenk
49 een waardebon ein Gutschein
50 klantenservice Kundendienst
Vocabulum Online Vocabulary Trainer help

Help for this page:

Lijsten kopieëren en overnemen

Copyright © 2006 - 2015 Vereyon  |  Twitter  |  Hoogste spaarrente  |  Rente vergelijken